Everything you say, may and will be used against you. Ook zo op social media als Facebook. Daar werden pesters aan de schandpaal genageld ten gevolge van een filmpje dat ze zelf online hadden gezet. In een andere zaak werd een scheidend koppel verboden Facebook in te zetten in hun onderline strijd.
In mijn thuisland, België, is grote ophef ontstaan over een filmpje dat online werd gezet door een Vlaamse tiener. Het filmpje toont hoe een andere tiener door leeftijdsgenoten wordt getreiterd en geschopt. Een van de pesters postte het filmpje op Youtube waar het op korte tijd ontelbare keren werd bekeken. De eerdere belaging mondde zo uit in cyberpesten.
De moeder van het slachtoffer stond voor een dilemma. In plaats van te hopen dat de beroering zou ophouden na het weghalen van het filmpje door Youtube deelde deze vrouw de beelden zelf met haar netwerk via Facebook met volgende mededeling:
Kijk en oordeel. Kayleigh wil zelf dat dit filmpje openbaar wordt. Hiermee wil zij een actie tegen de pesters (en pesten) starten. Klik ‘vind ik leuk' als je haar een hart onder de riem wil steken en deel het filmpje als je haar actie wil steunen. Bedankt aan iedereen die dit wil doen.
De strategie om middels Facebook het pestgedrag aan te klagen, was doeltreffender dan een strafklacht want het filmpje werd ruim 70.000 keer bekeken en er volgden ontzettend veel steunbetuigingen aan het adres van haar dochter. De online community steunde het slachtoffer niet enkel, zij keerde zich ook tegen de pester. De `grootste` pester kreeg bedreigingen op haar Facebook profiel en moest toezien hoe haar adres, telefoonnummer en het telefoonnummer van haar ouders gepubliceerd werden. Dat liep zodanig uit de hand dat de moeder van het slachtoffer het filmpje offline haalde en de moeder van de pester via haar advocaat een open brief naar de media stuurde om de bedreigingen een halt toe te roepen.
De verwijdering van de beelden op beide social media belet echter niet dat alle betrokkenen geschaad zijn in hun privacy. Voor privacy afwegingen is het nu te laat. Had het anders gekund?
In de - eveneens Vlaamse - Juristenkrant (nr. 252 van 27 juni 2012) werd een opmerkelijke beslissing becommentarieerd van de Vrederechter (Belgisch equivalent van de Ndl Kantonrechter) te Ninove. In een beschikking met dringende voorlopige maatregelen verbood de rechter echtgenoten om lasterlijke of beledigende commentaar over elkaar of de kinderen te verspreiden via publieke fora zoals social media. Elke overtreding zou een dwangsom van 100euro opleveren en de geldingsduur van de maatregelen bedraagt een jaar.
Naar Belgisch recht laat Artikel 223 BW toe dat de vrederechter maatregelen beveelt bij grof plichtsverzuim of ernstige verstoring van de verstandhouding tussen partners. Die maatregelen kunnen de gezamenlijke goederen en de kinderen betreffen.
Het echtpaar waarover de vrederechter diende te oordelen, heeft samen drie kinderen. De vrouw had haar man verlaten voor een andere man en kreeg als gevolg daarvan haatberichten van hem op haar Facebook pagina. Ter zitting had de advocaat van de vrouw uittreksels van de Facebookpagina voorgelegd waaruit de weinig flatterende uitlatingen bleken.
Hoewel de beledigingen enkel van de man uitgingen, is het verbod gericht tot beide echtgenoten. De vraag die daarbij juridisch kan worden gesteld is of het verbod geen ongerechtvaardigde inbreuk is op het recht op vrije meningsuiting (artikel 19 G.W. en artikel 10 EVRM) van beide echtgenoten. Al zou je kunnen zeggen dat het recht op vrije meningsuiting van de echtgenoot al hoogtij had gevierd, aangezien het verbod is uitgesproken nadat de lasterlijke aantijgingen al ruime verspreiding hadden gekend via Facebook. Gelet op het feit dat dit echtpaar samen kinderen heeft die de berichten ook kunnen lezen op Facebook denk ik dat de inperking van het grondrecht op meningsuiting niet disproportioneel is.
Opmerkelijk is het wel. Voor zover mij bekend is dit het eerste gerechtelijke precedent in Vlaanderen waarin censuur wordt uitgeoefend op de inhoud van een persoonlijke pagina op een sociale netwerksite.
Update : In een beslissing van de rechtbank te Den Haag in 2012 werd een vader het gedeeld gezag over zijn kind ontnomen omdat hij op zijn Facebook-pagina negatieve berichten over de moeder had geplaatst. De rechter wees er ook op dat uit de overgelegde uitdraaien van Facebook de intentie van de man bleek om na afloop van de procedure op Facebook van alles te onthullen over de moeder van zijn kind en over hun voormalige relatie. De rechtbank oordeelde dat de publiekelijke verscherping van de gespannen onderlinge verhoudingen tussen beide ouders aantoonde dat de man zich onvoldoende rekenschap gaf van de eisen die gezamenlijk ouderschap en de belangen van het kind met zich meebrengen. Lees meer over deze beslissing in het blogbericht van mijn collega Arnoud.
Meld je nu aan voor één van de nieuwsbrieven van ICTRecht en blijf op de hoogte van onderwerpen zoals AI, contracteren, informatiebeveiliging, e-commerce, privacy, zorg & ICT en overheid.