Open data en auteursrecht

Recent lanceerde de gemeente Haarlem een nieuwe website. Onder het kopje "copyright" (wat is er eigenlijk mis met de Nederlandse term "Auteursrecht") valt het volgende te lezen: Alle content op deze website valt onder het copyright of exclusief gebruiksrecht van de gemeente Haarlem. Niets hiervan mag zonder schriftelijke toestemming van de gemeente Haarlem openbaar worden gemaakt. Terecht kwam vrij snel na de lancering de vraag op Twitter voorbij of overheidscontent niet publiek domein zou moeten zijn. Wat zegt de auteurswet hier eigenlijk over?

In 1912 trad onze huidige Auteurswet in werking. Uiteraard stond er toen nog niets in over auteursrecht op software of de bescherming van databanken, maar wel was de wetgever al behoorlijk vooruitstrevend in het willen waarborgen van openheid en transparantie. Zo is vanaf het begin al in de wet opgenomen dat er geen auteursrecht bestaat op wetten, besluiten en verordeningen, rechterlijke uitspraken en administratieve beslissingen. U vraagt zich dan misschien af of er wel auteursrecht zit op alle andere “producten” van overheidsorganisaties. Dat is inderdaad voor een deel het geval, hoewel het daarbij wel moet gaan om creatieve prestaties waarbij de auteur subjectieve en persoonlijke keuzes heeft kunnen maken. Dat kan zich bijvoorbeeld voordoen bij beleidsstukken of aanbestedingsdocumenten. Voor deze categorie auteursrechtelijk beschermde producten is in de wet opgenomen dat verspreiding en het hergebruik altijd aan derden is toegestaan, tenzij het auteursrecht bij wet, besluit of verordening, of door mededeling bij de openbaarmaking van dat product uitdrukkelijk is voorbehouden. Ook in de veel jongere Databankenwet zijn door de wetgever vergelijkbare bepalingen opgenomen: er bestaat voor de overheid geen databankenrecht op databanken waarin wetten, besluiten, verordeningen, rechterlijke uitspraken en administratieve beslissingen zijn opgenomen.  Bij alle andere databanken waarvan de overheid de producent is mogen derden in beginsel de inhoud vrij opvragen en hergebruiken, tenzij het recht uitdrukkelijk is voorbehouden.

Overigens zijn er dus ook nog een groot aantal producten waarop überhaupt geen auteursrecht zit. Zo zijn onbewerkte gegevens vaak in hoge mate objectief en geven ze alleen een beschrijving van de feitelijke werkelijkheid. Veel van datgene wat wij “open data” noemen is dus eigenlijk vrij van auteursrecht. Om een voorbeeld te noemen: criminaliteitsgegevens van een bepaalde wijk zijn een feitelijke beschrijving van de werkelijkheid. De enkele registratie daarvan in een database maakt ze niet automatisch auteursrechtelijk beschermd.

Helaas is de uitzondering de afgelopen decennia meer en meer regel geworden. Op een groot aantal websites en documenten van de overheid is de tekst “alle rechten voorbehouden” te vinden, en zelfs producten die überhaupt niet voor bescherming in aanmerking komen worden hiermee getooid. Het voorbehouden van deze rechten lijkt daarmee bijna een ambtelijk automatisme te zijn waarbij er niet van tevoren goed en uitvoerig is nagedacht over de redenen en de mogelijke gevolgen. En zelfs het gebruik van een Creative Commons licentie is in veel gevallen restrictiever dan het uitgangspunt van de wetgever dat er in het geheel geen rechten worden voorbehouden. Denk daarbij bijvoorbeeld aan de voorwaarde die in deze licentie kan worden opgenomen waarmee commercieel hergebruik wordt uitgesloten. Als reden wordt dan vaak gegeven dat men niet wil dat het bedrijfsleven aan deze overheidsproducten geld kan gaan verdienen. Daarbij blijft het echter vaak onduidelijk wat daar dan precies op tegen zou zijn. Heeft niet het bedrijfsleven via de belastingen bijgedragen aan de totstandkoming van deze producten? En bovendien, zou je niet moeten stellen dat juist het bedrijfsleven door het commercieel hergebruiken van overheidsdata ook een bijdrage kan leveren aan onze economie en welvaart?

Gelukkig zien we nu meer en meer binnen websites van de Rijksoverheid het gebruik van de Creative Commons Zero Verklaring.  Met deze verklaring is iedere vorm van hergebruik van de inhoud is toegestaan, tenzij er bij of in een bepaald onderdeel staat aangegeven dat er op dat onderdeel een auteursrechtelijke uitzondering van toepassing is. Deze verklaring wordt inmiddels toegepast op de website rijksoverheid.nl en ook op data.overheid.nl, de nieuwe overheidsportal voor het hergebruik van open data. Het gebruik van deze verklaring lijkt op het eerste gezicht innovatief en gedurfd, maar het bevat natuurlijk inhoudelijk gewoon de regeling die al 100 jaar in onze Auteurswet staat.

Het uitgangspunt van de wetgeving is dus al ruim honderd jaar om vrij delen en hergebruik mogelijk te maken. Er komt daarbij bijzondere betekenis toe aan het belang van openbaarheid, hetzij om redenen van democratische en transparante bestuursvoering, hetzij om redenen van economie en welvaartsverhoging. Door vrij te delen wordt het voor ambtenaren veel eenvoudiger om samen te werken met andere organisaties en burgers. Denk daarbij aan burgerparticipatie en de potentie van crowdsourcing. Door hergebruik te faciliteren kunnen er door de overheid niet alleen kosten worden bespaard – niet ieder beleidsstuk of ieder aanbestedingsdocument hoeft dan weer volledig from scratch geschreven te worden- maar kan bovendien de innovatie bevorderd worden doordat derden voort kunnen bouwen op en met de beschikbare gegevens. Dat open data nu volop in de belangstelling staat is goed, maar in een beleid gericht op delen en hergebruik is het slechts één van de mogelijkheden.

Dr. mr. Mathieu Paapst

*Dit blog is een bewerking van een eerder artikel dat ik schreef voor Ambtenaar 2.0.

Terug naar overzicht