Weer eens een leuk vonnis over software dat tegen de vastgeroeste opinie van leveranciers aanschopt: het kopen van hardware met voorgeïnstalleerde software is toegestaan, ook als in de licentie staat dat dat niet mag. Dat vonniste de Rechtbank Dordrecht onlangs. De auteursrechten op die software zijn uitgeput zoals dat heet, en de auteursrechthebbende kan dan niet meer optreden tegen doorlevering van die exemplaren. (Wel tegen nieuwe kopieën natuurlijk.)
Het bedrijf Nelcon (later hernoemd tot Kalmar) had een aantal werkstations met voorgeïnstalleerde CAD-software aangeschaft. Bij de verkoop van een deel van haar bedrijf zouden deze werkstations met software ook worden overgedragen, maar de leverancier (Han Dataport) daarvan verzette zich daartegen. In de voorwaarden stond namelijk deze (redelijk standaard)riedel:
Verkoper verleent koper voor de geleverde programma’s en bijbehorende documentatie een niet-exclusief en niet overdraagbaar gebruiksrecht voor intern gebruik, voor de doeleinden waarvoor deze producten geleverd worden. Koper is ervoor verantwoordelijk dat deze programma’s en documentatie zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van verkoper niet voor derden toegankelijk zijn.
Tijdens de discussie of de overdracht wel of niet mocht meldde de leverancier nog dit:
Want zoals je weet heeft Nelcon weliswaar gebruikslicenties van CAD400 maar dit houdt onder geen beding in dat Nelcon het recht heeft om deze gebruikslicenties aan derden over te dragen, uit te lenen, te verkopen etc.
De rechtbank verwerpt deze stelling echter: als je rechtmatige verkrijger van software bent, dan heb je een wettelijk gebruiksrecht (hela!) en dat kan de leverancier niet zomaar ongeldig verklaren.
De vraag is dan dus: ben je rechtmatig verkrijger als je een bedrijfsonderdeel overneemt inclusief hardware en software? En maakt het uit of in de EULA staat dat de software niet mag worden overgedragen?
De rechtbank constateert terecht dat in de wet niet staat wat een “rechtmatige verkrijger” is. Degene die de software van de rechthebbende (of zoals hier, van een wederverkoper) heeft gekregen, is in ieder geval rechtmatig verkrijger. En, zo zegt de rechtbank: ook de opvolgende verkrijgers van exemplaren ten aanzien waarvan het verspreidingsrecht is uitgeput.
Oftewel, de concrete exemplaren die legaal op de markt zijn gebracht, kunnen worden doorgeleverd en daar kan de rechthebbende niets aan doen. En daarom gaat het hier precies goed voor Nelcon, want die hebben de hardware mèt de voorgeïnstalleerde software doorverkocht.
En de voorwaarden dan, die dit verbieden? Daar heeft de ontvanger van de software niets mee te maken, want die heeft ze niet geaccepteerd. En bovendien gaat voor haar het uitputtingsrecht boven zo’n licentietekst.
[De leverancier] stelt weliswaar dat uit de algemene voorwaarden voortvloeit dat de software niet zonder toestemming van Han Dataport mocht worden overgedragen of aan een ander in gebruik gegeven. Dat baat haar in het auteursrechtelijke kader echter niet. Een dergelijk verbod van verdere overdracht staat immers haaks op de wettelijke uitputtingsregel.
Wel kan het wanprestatie (contractschending) zijn van de originele verkrijger, zo zegt de rechtbank. Die had zich immers verplicht de software niet over te dragen maar heeft dat toch gedaan. Ik moet zeggen dat ik daar wel moeite mee heb: als het wettelijk uitputtingsrecht geldt in zo’n situatie, dan zie ik niet waarom de licentienemer wanprestatie zou plegen. Maar goed, dat was een opmerking terzijde.
Menno Weij van Solv Advocaten wijst erop dat de rechtbank wel erg makkelijk tot deze conclusie komt. Een uitgemaakte zaak onder juristen is het niet, maar daarvan zie je niets terug in dit vonnis. Ik sluit me daarbij aan, het is een leuke uitspraak maar ik zou er niet meteen heel hard van willen gaan roepen dat doorverkopen van software nu dus altijd mag.
Arnoud
Meld je nu aan voor één van de nieuwsbrieven van ICTRecht en blijf op de hoogte van onderwerpen zoals AI, contracteren, informatiebeveiliging, e-commerce, privacy, zorg & ICT en overheid.