Deze week schreef collega Paul Pols al over de stellingname van de Tweede Kamer inzake het gebruik van internetfilters om websites met kinderporno te blokkeren. Afgelopen dagen zijn er in de Tweede Kamer echter nog meer debatten gevoerd over de verbetering van de aanpak in het kader van opsporing en vervolging kinderporno. Zo wil minister van Veiligheid en Justitie, Ivo Opstelten, dat de opsporing meer gecoördineerd en vooral meer landelijk aangepakt moet gaan worden. Daarnaast werd in de Kamer geopperd dat het voor verdachten verplicht moet worden om hun computers en bestanden vrij te geven aan justitie.
Wat betreft een landelijke aanpak, is dat natuurlijk alleen maar toe te juichen. Actieve opsporing gebeurde deels al landelijk, maar indien iemand bijvoorbeeld aangifte deed, werd vaak dit regionaal opgepakt. Van dit laatste wil de minister nu af.
Het tweede punt echter zal nog behoorlijk wat discussie gaan opleveren. In Nederland kennen wij het zogenaamde nemo- tenetur beginsel. Dat houdt in dat een verdachte niet hoeft mee te werken aan zijn eigen veroordeling. Een bekend voorbeeld dat wettelijk verankerd is, is de zogenaamde cautie, het zwijgrecht. Het rechtsbeginsel vloeit overigens voort uit internationale verdragen en is een zeer belangrijk waarborg binnen ons strafstelsel.
Tot op heden is in het Wetboek van Strafvordering vastgelegd dat justitie kan bevelen computerbestanden, harde schijven etc te laten “ontsleutelen”. Justitie kan het bevel aan iemand geven om de computerwerken te kraken of om bijvoorbeeld de bestanden naar boven te halen. (bijvoorbeeld een deskundige) Hierop is een hele belangrijke uitzondering, namelijk dat dit bevel niet aan de verdachte zelf mag worden gegeven. In het kader van het nemo-tenetur beginsel is dat begrijpelijk. De verdachte hoeft immers niet aan zijn eigen veroordeling mee te werken en hoeft dus ook geen bewijs te leveren.
In het Verenigd Koninkrijk bestaat een soortgelijke wet al wel en Minister Opstelten zal gaan informeren naar de uitwerking daarvan. Mocht het ooit zo ver komen in Nederland, dan zijn er twee mogelijkheden. Ofwel de het meewerken verplicht stellen, met een straf als stok achter de deur, ofwel het versleutelen zelf strafbaar stellen. Dit laatste zal wederom een discussiepunt worden, aangezien versleuteling natuurlijk niet alleen voor bestanden met kinderpornografie wordt gebruikt.
Overigens zijn er in Nederland ook uitzonderingen nemo-tentur beginsel. Zo is een verdachte in sommige gevallen verplicht om DNA af te staan. Echter is deze regeling met veel zorgvuldigheid en waarborgen omgeven. Daarnaast moet nagegaan worden of een nieuwe regeling en een beperking op het grondrecht absoluut noodzakelijk is.
Meld je nu aan voor één van de nieuwsbrieven van ICTRecht en blijf op de hoogte van onderwerpen zoals AI, contracteren, informatiebeveiliging, e-commerce, privacy, zorg & ICT en overheid.